Meneer H. , (waar je de groe(n)ten van moet hebben) verpakt ze in potten, in de smaken bruin en wit met tomatensaus. En bij bonen past varkensvlees erg goed. Toen ik deze krabbetjes tegen kwam was de keus gauw gemaakt. Krabbetjes zijn van dat eenvoudige wintervoer, zeer betaalbaar, al zien ze er niet zo deftig uit als de spareribs van de zomerse bbq.
Het eten met je vingers vind ik al een feest op zich!
Ik geef toe, het is ontzettend onhandig eten, met in de ene hand een krabbetje en in de andere een lepel voor de bonen. Maar zooooo lekker!
Begin met de krabbetjes, p.p. heb je nodig:
3 ons krabbetjes
1 grote rode ui
2 tenen knoflook
2 cm. gember
3 el. na.ketjap
1/2 tl. kruidnagelpoeder
1 in ringetjes gesneden prei
1 el. na. tomatenketchup
1 in ringetjes gesneden rode peper, zonder zaden/lijsten, omdat dat zo feestelijk staat.
Bakje kerstomaatjes.
Snij de uien in ringen en de gember in dunne reepjes. Knoflook in plakjes of door de knijper.
Bak de krabbetjes bruin in olie. Haal ze uit de pan en bak de uien en gember in het achtergebleven vet. Knoflook, ketjap en kruidnagelpoeder erbij en ietsje water.
Laat dit 3 kwartier stoven tot ze zacht zijn. Kijk af en toe of het niet aanbrandt, dan wat water erbij doen. Haal de krabbetjes uit de pan en voeg de prei, tomatenketchup en (eventueel) de rode peper toe.
Laat dit even bakken en voeg dan de bruine bonen toe. Laat het nog even sudderen tot de bonen warm en de preiringetjes wat zachter zijn. Opdienen met de krabbetjes en versieren met halve Kerstomaatjes.